Marga Zwiggelaar: ‘Elke plaats kan heilig zijn’

Ik word non’, dacht ze als kind. Best vreemd voor een gereformeerd meisje uit Hoogeveen. Verklaren kan ze het niet, maar Marga Zwiggelaar wèrd ‘non’. Op haar 56e – het duurde even voor ze gehoor gaf aan haar roeping – trad ze in bij de zusters Dominicanessen van Neerbosch. Maar als ze wandelt en het hoofd leeg raakt, komen er als vanzelf psalmen in haar op. In de nieuwe berijming, zoals ze die vroeger talloze malen heeft gezongen. ‘Mijn her-der is de Heer, dat gaat er nooit meer uit.’ Ze is fanatiek wandelaar, maar een officiële pelgrimstocht heeft ze nooit gemaakt. ‘Een stadswandeling kan ook een pelgrimage zijn. Het gaat erom dat je met aandacht loopt. Dan kan ik ook in de stad tot gebed komen. Zonder woorden voel ik me verbonden met mezelf, mijn omgeving, met het goddelijke. Dat ervaar ik als iets dat mij draagt, een dragende bodem. Op zo’n moment komt alles intenser binnen, heel zintuiglijk. Je hoeft er niet eens de deur voor uit: ook op je eigen kamer, in je eigen hoofd kun je pelgrim zijn.’ Marga heeft een boekje geschreven over pelgrimeren in haar eigen wijk en werkt momenteel mee aan het oecumenische project Wegen met zegen, een pelgrimsroute door de Overbetuwe. ‘Wandelen is een bezinnende bezigheid. Dominicanen zeggen: “God zien in alle dingen.” Ik kan uren in verwondering kijken naar een grassprietje of een mier, maar ook naar een schilderij. Kunst leert je, net als religie, op een andere manier kijken naar de dagelijkse werkelijkheid. Het doet een appèl op je, om je te verbinden met een groter verhaal. Pelgrimeren is een veranderingsproces, je verandert onderweg. Of je nu loopt of naar een museum gaat, dat maakt eigenlijk niet uit. Als je het met aandacht doet, kan elke plaats heilig zijn.’